Paragraaf 5 Collage

Omschrijving: een werkvorm waarbij uitgeknipte of uitgeprinte stukken papier – eventueel samen met bijgeschreven tekst - op een groot blanco vel papier worden geplakt. De gebruikte materialen kunnen zijn knipsels uit kranten en tijdschriften (tekst, foto's, advertenties), informatie van internet, foto's, tekeningen, etc.

Doel: het op een creatieve manier uiting geven aan je kennis en/of je standpunt over een bepaald onderwerp. Doel kan daarnaast ook zijn  het beïnvloeden van de houding, de mening en het gedrag van een bepaalde doelgroep met betrekking tot een bepaald onderwerp. 

Werkwijze:

1. De collage kan individueel en groepsgewijs gemaakt worden.
2. De leraar of een leerling geeft instructie over doel en werkwijze van de opdracht.
3. De leerlingen voeren de opdracht uit (vaak al thuis) waarbij ze beginnen met het goed nadenken over inhoud en vorm van de collage.
4. In een klassengesprek wordt de cartoon besproken en beoordeeld.
5. Tot slot kan deze werkvorm (het leerdoel, de voorbereiding, de uitvoering en de nabespreking) geëvalueerd worden.

Zie ook: Het didactisch werkvormenboek, Hoogeveen, P. en Winkels, J., uitg. Van Gorcum Assen, ISBN 9789023240679. En: Het groot werkvormenboek, Dirkse, S., Dirkse-Hulscher, S. & Talen, uitg. SDU Uitgevers, ISBN 9789052616131.